Eén bv is geen bv. Ken je dat gezegde? Eén bv heeft fiscaal en juridisch nadelen en daarom is een holdingstructuur vaak een beter idee. Van een holdingstructuur is sprake als je aandelen in een holding-bv hebt die vervolgens de aandelen van één of meer dochter-bv’s bezit. Als je één bv hebt, dan zit al je ondernemingsvermogen in dezelfde eenheid als je ondernemersactiviteiten. Je loopt dus met je volledige vermogen risico, want schulden of aansprakelijkheidsstellingen uit je bedrijf kunnen op je gehele zakelijke vermogen worden verhaald. Bovendien moet je bij verkoop van je bv-aandelen inkomstenbelasting in box 2 (26.9%) betalen over je behaalde verkoopwinst. Heb je een goedlopend bedrijf dat door een andere partij wordt overgenomen, dan heeft die verkoop flinke fiscale gevolgen. Met een holdingstructuur kun je dat voorkomen. Je houdt dan je aandelen in de werk-bv via een holding-bv.

 

Vermogen afzonderen en deelnemingsvrijstelling

Een groot voordeel van een holdingconstructie is dat je er vermogen mee kunt afzonderen.  Belangrijke activa kun je er bijvoorbeeld in veilig stellen, zoals panden, machines en overtollige liquide middelen. Daarmee verklein je het risico van je onderneming, want schulden of aansprakelijkheidsstellingen hebben geen invloed op je gehele zakelijke vermogen. Na een faillissement kun je met die activa bovendien opnieuw beginnen. Ook fiscaal is deze constructie interessant. Verkoop je je onderneming, dan kun je bij verkoop van de aandelen in de dochter-bv door de holding bv gebruikmaken van de deelnemingsvrijstelling voor de vennootschapsbelasting. Zo lang de verkoopwinst in de holding-bv blijft, is de verkoopwinst onbelast. Pas wanneer je deze winst privé aan jezelf laat uitkeren door de holding-bv moet je 26,9% inkomstenbelasting (box 2) betalen.

 

Beleggen, investeren en winsten spreiden

Beleggen, investeren in andere bedrijven of andere bedrijfsvreemde activiteiten kun je doen via je holding-bv. De overwinsten die je onderneming heeft behaald, kun je hiervoor inzetten, als je ze onder de deelnemingsvrijstelling onbelast naar je holding-bv hebt doorgezet. Hierdoor vallen deze overwinsten, investeringen en beleggingen buiten het risico van je bedrijf.

Door je winsten te spreiden over meerdere bv’s kun je geld besparen. Voor de vennootschapsbelasting ben je tot € 200.000,- winst 19% belasting schuldig. Daarboven 25,8%. Dit hoogste tarief kun je mogelijk ontlopen door de winst over meerdere bv’s te verdelen. Jaarlijks kun je hierdoor maximaal € 13.600,- verdienen (€ 200.000,- x 6,8%).